hansvanderlijke.nl

Ik kan niet meer gewoon verkouden zijn.
Dat wil zeggen: ik word wel gewoon verkouden maar
tegelijkertijd word ik achterdochtig.
Wat is dit voor verkoudheid? (eh…).
Voel ik me ziek? (nee).
Hoe hoog is mijn temperatuur? (niet hoog).
Ruik is nog goed? (zeker).
Is mijn smaak aangetast? (het eten smaakt me goed).
Dan kan het geen Corona zijn.
Toch?
Of wel?
Ach nee, het is de tijd van het jaar.
De temperaturen wisselen in snel tempo.
Misschien zijn er allerlei pollen in de lucht. (geen verstand van).
Bij onze laatste fietstocht was er wel veel stof in de lucht.
Misschien komt het daar wel van.
Ondertussen loop ik rustig, terwijl mijn neus harder loopt.
En zakdoekjes niet aan te slepen zijn.
Ik zit dicht, zeg ik tegen Hans.
Ik zit steeds dichter.
Is niet erg, zegt hij.
Wees blij dat je toch nog dichter bent.
De tweede dag is het al weer wat beter, vooral als ik me rustig hou.
Dat is niet mijn sterkste kant.
Want hoe kan ik rustig blijven terwijl het leven voorbij raast.
Er moet gedaan worden, beleefd worden.
Gezien, gehoord, gevoeld worden.
En dat alles moet beschreven worden.
Door mij.
Ik doe toch maar een test.
Voor het geval dat…
Voor je weet maar nooit…
Voor stel je voor …
De test is zo duidelijk negatief, daar kan ik zelfs niet omheen.
Niets aan de hand.
Gewoon een middagje op de bank blijven zitten met een paracetamolletje en een boek.
Heerlijk!

(Hans)
Een paracetamolletje…
een kusje op je bolletje.
Voor jou mijn zoete lief.
De test was prachtig negatief
(En negatief is een gerief
want dat is positief)