hansvanderlijke.nl

Het winterse landschap is mooi.
Het grijs, zwart en bruin is vervangen door wit.
En wit maakt alles een beetje lichter in deze donkere tijden.
En met licht bedoel ik niet alleen de kleur maar ook het gemoed.
Met donker gaat het net zo, ook het gemoed is in deze tijd iets donkerder dan anders.
De zon draagt haar steentje ook bij.
Als de zon schijnt is alles toch net even wat vriendelijker.
Maar dit is slechts een inleiding tot andere zaken.
Of eigenlijk gaat het om andere wezens.
Het gaat om de schapen die op hun stijve, smalle, kale pootjes in het grasland staan.
De winterjas hebben ze wel aan.
Maar die pootjes doen me denken aan blote voeten.
En hoewel ik weet dat dat bij schapen heel anders is.
Waardoor zij dit kunnen overleven,
heb ik toch met ze te doen.
Niet alleen met die pootjes op de kouwe grond
maar ook nog dat kouwe bevroren gras eten.
Dus denk ik: arme schapen.
En ben ik blij dat ik geen arm schaap ben.
Hoewel het best zou kunnen dat ik bij iemand het gevoel oproep
van een arm schaap.
Dat dan weer niet in de betekenis van:
“Ovis aries”, een holhoornige herkauwer waarvan de gedomesticeerde soort wol levert
want ik heb geen hoorns en lever geen wol.
En ook niet in de betekenis van een haussier of baissier ofwel iemand die iets doet met effecten enzo. want dat doe ik niet.
Maar in de betekenis van een beklagenswaardig, zielig persoon.
Mijn schoenen beschermen mijn voeten.
Mijn jas, muts, sjaal en handschoenen zijn mijn alternatieven voor een vacht.
In huis is het wat kouder dan in andere winters maar nog steeds warm genoeg.
We kunnen ons eten warm maken en er is genoeg.
Ik ben dus bepaald geen beklagenswaardig of zielig persoon.
Waar dit over gaat?
Over het mooie winterweer en over dat ik blij ben dat ik geen schaap ben.

(Hans)
Onbevangen.
Mijn lievelief is dichter.
Dat maakt ons leven lichter.
Zij plukt haar bloempjes wijd en zijd
tot een boeket vol zaligheid.
Zij zoekt van wat er is …. de zin.
Maakt van verlies nog zelfs gewin.
Zo weet zij onbevangen
wat scheef hangt te verhangen.