hansvanderlijke.nl

Ergens onderweg komen we een hunebed tegen.
Nou ja eigenlijk komen we die niet tegen.
Dat hunebed is er al, alleen wij zijn er nu pas.
Hoewel dit een hunebed moet zijn, waar we ooit al eens zijn geweest.
Maar ja dat is dan weer met ons mensen, tenminste met mijn lief en mij zo, zeker weten we het dan weer niet.
Zelfs niet als ik probeer op de kaart terug te vinden waar het nu precies was, kan ik het ook niet meer terug vinden.
Wel vind ik alle hunebedden in Drenthe en dat zijn er best veel.
Ze lijken soms zo erg op elkaar, dat we met onze foto’s en de foto’s van internet, toch net niet goed zien of het ‘ons’ hunebed is.
Hoe belangrijk is het nu helemaal voor dit verhaal?
Niet.
Want dit verhaal gaat niet over het hunebed.
Het gaat over de man die we daar tegenkwamen.
Hij leek een figuur uit andere tijden.
Een overjarige hippie zoals hij zichzelf typeerde.
Maar wel iemand vol met verhalen.
Het begon allemaal met de mieren die ik langs de boom omhoog zag kruipen.
Een onafgebroken stroom mieren die zo hoog kropen dat ik ze niet meer kon zien.
Geen idee wat ze aan het doen waren.
Waarnaar ze op weg waren.
Met welk doel.
Als er al een doel was.
Zo ging dat al jaren, vertelde de ‘hunebed-man’.
En zoals ik kon beoordelen, was dat al best lang.
De mieren dus, die ogenschijnlijk zonder doel sinds jaar en dag bij de boom omhoog kruipen.
Alleen zij weten waarom.
Zoals er zoveel in de natuur gebeurt waarvan wij geen idee hebben.
Reden temeer om er zuinig op te zijn.
Waardering voor te hebben.
Zorg voor te dragen.
Zoals we doen bij onze pasgeborenen.