hansvanderlijke.nl

Onze dagelijkse wandeling lukt weer aardig.
Alleen lopen we niet langs ons geliefde Eemskanaal.
De ene keer waait het te hard en vinden we het te koud
om ‘buitenom’ te lopen. Een andere keer is het droog
maar lijkt het alsof er elk moment regen kan vallen
en dan loop je daar zonder schuilplekjes in de buurt.
Of het motregent en daar wordt je ook erg nat van.
We zijn echte watjes aan het worden maar dat vinden we
geen probleem.
Toch mis ik het kanaal wel en dan vooral ook de boten
die we nu allemaal ook echt gemist hebben.
De laatste keer zag ik nog een vreemde schuit voorbij varen.
En dat doet denken aan huwelijks bootjes en dat er ook
vreemde huwelijksbootjes kunnen zijn.
De betekenis is: het gezamenlijk avontuur aangaan bij het trouwen
en ook dat die bootjes soms vervaarlijk kunnen schommelen.
Nou daar weet ik alles van.
Ook dat bootjes kunnen zinken maar dat er altijd weer nieuwe bootjes
zijn om in te stappen.
Als ik dan zo’n vreemd bootje zie denk ik terug aan mijn
eerste huwelijk, ik was nog achttien en hij geen eenentwintig.
We wilden graag trouwen maar hadden geen idee wat dat allemaal
zou gaan inhouden.
Onze ouders moesten nog toestemming geven en dat deden ze ook,
zij het met lichte bezwaren maar zoals je dat met bezwaren kunt doen:
Die kun je wegwuiven.
De eerste tijd was het een soort van spel, zoals je vroeger
vadertje en moedertje speelde, zo speelden wij mannetje en vrouwtje met
een huisje, geen boompje en ook nog geen beestje.
We hadden het druk genoeg met wat er allemaal geregeld moest worden.
Vooral ook met wat er allemaal betaald moest worden.
Daar kwam geen eind aan maar daar hadden we een strategie voor bedacht.
Rekeningen betaalden we pas wanneer de aanmaning kwam, dat was
voor ons heel normaal.
Het was ook altijd net alsof de maanden steeds sneller voorbij gingen,
huur, gas, licht, verzekeringen, naar ons idee hadden we alles net betaald.
Ons bootje is niet blijven drijven en ik snap ook wel waarom niet.
Het was ook een beetje een vreemd bootje.

(Hans)
Hulpeloze lotgenootjes
drijven soms op vreemde bootjes.
Dat soort schuitjes dobberen dan meestal achteruit.
Niet dat ik me loop te schamen
maar ik kan dat wel beamen
want ik dwaalde in die jaren ook nog op zo’n lekke schuit.